Uit Moordzaken
Naam slachtoffer | Suzanne Monsma |
Leeftijd | 24 jaar |
Datum | 21 juni 2010 |
Moordplaats | Dokkum |
Status | Opgelost |
Soort misdrijf | Moord |
Straf | 20 jaar |
Inhoud |
Suzanne Monsma
Op maandagavond 21 juni 2010 slaat de familie van de 24-jarige Suzanne Monsma alarm als de jongedame niet thuis blijkt te zijn zoals afgesproken. Als de politie polshoogte gaat nemen bij de woning van Suzanne, zien zij dat het raam van haar voordeur stuk is geslagen. In het huis wordt Suzanne echter niet aangetroffen, en de bezorgde familie gaat samen met de politie op zoek naar Suzanne.
Bij het Tolhuispark te Dokkum vinden familieleden de fiets van Suzanne, waarna het park wordt doorzocht. Politieagenten vinden uiteindelijk het lichaam van Suzanne. Zij heeft enkele harde klappen op haar hoofd gehad en heeft dit niet overleefd.
Verdachte
Nog dezelfde avond wordt de ex-vriend van Suzanne, de eveneens 24-jarige Jan van der Z. aangehouden. Hij en Suzanne hadden een paar dagen eerder nog ruzie gehad.
Hier een gedeelte uit een van de verhoren:
Deze tekst is afgeschermt. Klik op deze balk indien u hem wilt lezen
Waarschuwing, deze tekst kan als schokkend ervaren worden!
We zijn naar het park gegaan. Ik kwam zelf vaak in het park. We hebben de fietsen neergezet. Ik zei: "We kunnen wel even een blokje om". Ja, toen moest het gebeuren. Om het zo maar te zeggen. Waar ze is gevonden daar heb ik voor de ingang gezegd, dat er een uilennest was. Er zat een duivennest. De moker had ik de hele tijd bij mij in de tas. Toen was het zomaar klaar en ben ik weggegaan. V: Als we het een beetje kort samenvatten, dan zeg je, dat je de moker alvast mee had met de bedoeling om haar dood te maken. A: Ja. V: Je verklaarde eerder dat je [naam slachtoffer] een uilennest wilde laten zien en dat je eerst naar een ander bos zou. In welk bos zit een uilennest en waar zit dat? A: Daar niet, daar zat een duivennest. Het uilennest is al van lang geleden. Ik heb het als excuus gebruikt. Er was op dit moment geen uilennest. V: Dat duivennest, waar is dat? A: Daar waar [naam slachtoffer] lag. Waar ik haar om het leven heb gebracht. Er zit een greppeltje in het bos. Als je daar staat en je kijkt naar de plek waar dat meisje lag, dan zie je een duivennest. [naam slachtoffer] lag vlak bij het duivennest.
V: Als we het kort samenvatten kunnen we het als volgt omschrijven (ondermeer):
- Ik zei dat ik een uilennest wist in het bos, maar dat was een smoes om [naam slachtoffer] mee te krijgen; - Ik ben alleen verantwoordelijk voor de dood van [naam slachtoffer]. A: Bovenstaande korte samenvatting klopt. V: [naam slachtoffer] haar moeder heeft verklaard dat je haar eerder mee zou nemen naar een uilennest. A: Een tijd geleden kwam ik ook met het voorstel naar [naam slachtoffer] om mee te gaan om een uilennest te gaan bekijken. Ja, dat klopt. A: Vertel eens hoe vaak heb ik haar geslagen? V: Waarom vroeg je, hoe vaak heb ik haar geslagen? A: Omdat ik dat stukje helemaal kwijt ben. A: Ik zag dat [naam slachtoffer] op haar buik lag met haar hoofd op de zijkant. Ik heb haar links achter op het hoofd geslagen. Toen [naam slachtoffer] op de grond lag stond ik vlak bij [naam slachtoffer]. Ik hoorde [naam slachtoffer] zwaar ademen. Toen ik haar hoorde ademen wist ik dat dit het einde van [naam slachtoffer] was. Ik wist dat ze dood zou gaan. Het ademen was anders. V: Kun je het allemaal beseffen? Wat er allemaal is gebeurd? A: Ja, ik kan wel beseffen, dat ik iemand heb vermoord. Dat kon ik al beseffen voordat we erheen fietsen, dat, dat zou gebeuren. V: Hoe was je toen je naar [naam slachtoffer] ging? A: Zenuwachtig, bang. Het gevolg van zou ik het doen, zou ik het niet doen. A: Ik heb haar niet onder dwang doodgemaakt. Ik weet niet waarom ik haar heb doodgemaakt. Zet maar wat moois op papier.
Na de moord heeft Jan seks met het lichaam van Suzanne.
Uitspraak
Rechtbank Leeuwarden, 18 april 2011
Moord geldt als één van de zwaarste misdrijven die iemand kan plegen. In diverse internationale verdragen, daaronder het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, wordt het menselijk leven als het belangrijkste te beschermen rechtsgoed genoemd. Het opzettelijk, met voorbedachten rade beëindigen van een mensenleven is voor het slachtoffer en de nabestaanden zo ingrijpend en onherroepelijk en voor de samenleving zo schokkend, dat alleen een zware sanctie in de vorm van een langdurige gevangenisstraf het toegebrachte leed en de onlustgevoelens kan temperen. De rechtbank rekent verdachte het feit volledig toe, nu er door zijn weigering mee te werken aan het persoonlijkheidsonderzoek geen omstandigheden kunnen worden vastgesteld die op dit punt tot een andere conclusie leiden. Desalniettemin kan, kijkend naar het feit en de wijze waarop dat is gepleegd, naar het oordeel van de rechtbank de kans op herhaling zeker niet worden uitgesloten. Dat maakt dat beveiliging van de maatschappij tegen de agressie van verdachte een bijkomende, strafverzwarende omstandigheid vormt. Tezamen met de eerder genoemde strafverzwarende omstandigheden, brengt dit met zich dat de rechtbank aan verdachte een gevangenisstraf zal opleggen die de gemiddelde duur van een voor een enkelvoudige moord op te leggen gevangenisstraf, aanmerkelijk te boven gaat.
De rechtbank veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 20 (twintig) jaren.
Links
- Online Condoleance Register ter nagedachtenis aan Suzanne Monsma
- Hyve ter nagedachtenis aan Suzanne Monsma