Uit Moordzaken.com
 | |
| Jurgen | |
|---|---|
| Leeftijd | Pas geborene |
| Datum | 19 november 2006 |
| Moordplaats | Enschede |
| Moordwijze | Verstikking |
| Status | Opgelost |
| Misdrijf | Doodslag |
| Straf | 1,5 jaar & TBS jaar |
Zodra Marike H. uit Enschede erachter komt dat ze zwanger is, besluit zij dat niemand hier vanaf mag weten. Zij leeft haar leven zoals tevoren, en niemand heeft vermoedens.
Op 19 november 2006 bevalt Marike van een gezonde zoon: Jurgen. Een uur na de bevalling, als Jurgen begint te huilen, legt zij haar hand op zijn mond om hem stil te houden. Als dit niet afdoende werkt, pakt zij een kussen en wurgt ze Jurgen.
Verdachte
Marike begraaft Jurgen in de tuin van het studentenhuis waar zij woonachtig is. Eind 2008 moet zij het lichaampje echter verplaatsen, omdat een medestudente de tuin wil aanpakken. Zij legt het kinderlijkje op een openbare plek, waar het al snel gevonden wordt.
Marike wordt aangehouden en biecht al in het eerste verhoor haar aandeel op. Ook vertelde ze al snel over haar tweede overleden baby: Baby Alex.
Uitspraak
Rechtbank Almelo, 30 november 2009
Hoewel de feiten een aanzienlijke onvoorwaardelijke gevangenisstraf rechtvaardigen, houdt de rechtbank er sterk rekening mee dat doodslag gepleegd door een moeder uit vrees voor de ontdekking van de bevalling door de wetgever, gelet op het daarop gestelde strafmaximum van zes jaren, als aanzienlijk minder strafwaardig wordt beschouwd dan doodslag als bedoeld in artikel 287 Sr.
Daarnaast houdt de rechtbank rekening met de persoonlijke omstandigheden van verdachte zoals deze blijken uit de inhoud van het rapport van de deskundigen en uit hetgeen ter terechtzitting aan de orde is geweest. Voorts blijkt dat verdachte voor beide feiten verminderd toerekeningsvatbaar is en dat behandeling van de ernstige persoonlijkheidsproblematiek noodzakelijk is. Het behoeft geen betoog dat het de voorkeur verdient dat met die behandeling zo spoedig mogelijk wordt begonnen. Daarbij geldt dat de op te leggen TBS met verpleging mogelijk langdurige beperking van de vrijheid van verdachte met zich brengt. Ook dat leidt tot beperking van de duur van een gevangenisstraf. Ten slotte is van belang dat verdachte niet eerder is veroordeeld.
De rechtbank veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van 1 jaar en 6 maanden en gelast dat verdachte ter beschikking wordt gesteld.