Uit Moordzaken
Naam slachtoffer | Günther van der Knijff |
Leeftijd | 30 jaar |
Datum | 2 juli 2008 |
Moordplaats | Alphen aan de Rijn |
Status | Opgelost |
Soort misdrijf | Moord |
Straf | 15 jaar |
Günther van der Knijff
Verdachte B. en Günther van der Knijff woonden al geruime tijd samen in de flat aan de Wederikstraat in Alphen aan den Rijn. Günther had echter, vanwege een conflict over de huur, eind juni 2008 nieuwe sloten op de voordeur van de woning laten zetten, zodat verdachte daar niet meer in kon. Via een kennis had verdachte enkele goederen terug gekregen, zoals zijn (lege) portemonnee en dergelijke, maar hij wilde ook zijn andere spullen uit het huis terug. Verdachte was woest over het feit dat hij het huis, dat hij als zijn woning beschouwde, niet meer in kon. Op de middag van 1 juli 2008 heeft verdachte over de telefoon tegen zijn ex-vriendin , met wie hij in de woning had samengewoond, gezegd: “Zal ik hem neersteken? Dan kan jij je huis weer krijgen en ga ik naar de gevangenis.” Ook andere getuigen hebben verklaard dat verdachte op 2 juli 2008 om het feit dat hij zijn huis niet binnen kon heel boos was. Tevens hebben zij verklaard dat verdachte van plan was het slachtoffer iets aan te doen.
Op 2 juli 2008 om 21.00 uur is verdachte naar de woning gegaan en is via het balkon van de buren binnen gekomen. Hoewel de buren daar aanvankelijk niet toe geneigd waren, hebben zij verdachte toch tot hun balkon toegelaten. Verdachte heeft in de woning de komst van Günther afgewacht. Hij is in slaap gevallen en werd na enige tijd wakker van het dichtslaan van de voordeur. Verdachte heeft toen een mes van het aanrecht en een mes uit de gleuf van de bank gepakt en heeft een kwartier bij de kast gestaan met de twee messen in zijn hand. Vervolgens is hij naar beneden gelopen met de messen in zijn hand. Vrijwel direct stak hij Günther diverse malen in zijn lichaam.
Günther weet naar het balkon van de buren te vluchten. Daar overlijdt hij.
Verdachte
Verdachte werd ter plaatse aangewezen als mogelijke dader. De opsporingsambtenaren zagen verdachte in de overdekte galerij van de flat staan met in zijn rechterhand een sporttas. Verdachte zei spontaan: “Ik weet het, ik heb het gedaan”. Een getuige heeft verdachte tevens horen zeggen: “Eindelijk heb ik die kankerlijer te pakken!”
Uitspraak
Rechtbank 's Gravenhage, 8 augustus 2009
Aan de verwondingen die op de rug van het slachtoffer zijn aangetroffen, is af te leiden dat verdachte het reeds dodelijk verwonde slachtoffer is gevolgd in zijn vlucht naar buiten om zich er van te verzekeren dat hij niet levend zou ontkomen. Het slachtoffer is in doodsangst op het balkon over het tussenschot naar het balkon van de buren geklommen, alwaar hij een gruwelijke dood moet zijn gestorven.
Verdachte heeft geweigerd mee te werken aan de totstandkoming van rapportages door de reclassering, de psycholoog en de psychiater. Hierdoor heeft de rechtbank geen inzicht kunnen krijgen in zijn persoon en in het bijzonder is niets duidelijk geworden over de mate van toerekenbaarheid van het strafbare feit. Nu aanknopingspunten die tot een ander oordeel zouden kunnen leiden ontbreken, dient de rechtbank ervan uit te gaan dat het bewezen verklaarde feit volledig aan verdachte kan worden toegerekend. Dit betekent dat de op te leggen straf in het bijzonder, naast vergelding, zal strekken tot langdurige bescherming van de samenleving tegen verdachte.
De rechtbank veroordeelt B. tot een gevangenisstraf van 15 jaren.