Uit Moordzaken
Henk Höfte | |
---|---|
Leeftijd | 61 jaar |
Datum | 4 juni 2010 |
Moordplaats | Enschede |
Moordwijze | Schietwapen |
Status | Opgelost |
Misdrijf | Doodslag |
Straf | 15 jaar & TBS |
ECLI | ECLI:NL:RBALM:2011:BQ6528 |
Op vrijdagmiddag 4 juni 2010 rijdt de 61-jarige Henk Höfte op zijn scootmobiel door de Molenstraat te Enschede, als hij een woordenwisseling krijgt met een negroïde man. Deze man trekt een vuurwapen, en schiet op Henk.
Henk wordt naar het ziekenhuis gebracht, waar hij dezelfde avond komt te overlijden.
Verdachte
Op zondag 6 juni houdt de politie een 30-jarige man uit Zutphen aan op verdenking van de moord op Henk. Het onderzoek is nog in volle gang.
Uitspraak
Rechtbank Almelo, 30 mei 2011
Verdachte bedreigt op 4 juni 2010 op een zogenaamde gedoogplaats, waar in het openbaar alcoholische drank wordt genuttigd, [bedreigde persoon] met een vuurwapen op het hoofd omdat verdachte meent dat deze [bedreigde persoon] eerder op de middag – waarbij verdachte gekrenkt en onder het uiten van verbale bedreigingen is weggegaan – cocaïne van hem had gestolen. Als verdachte [bedreigde persoon]’s zakken wil leegmaken zet [slachtoffer] zijn scootmobiel in beweging terwijl verdachte op dat moment met zijn rug naar [slachtoffer] gekeerd staat. Verdachte zegt een klap op de rug te hebben gevoeld waarop hij zich heeft omgedraaid. Die klap is weliswaar niet uit te sluiten, maar er zijn maar weinig aanwijzingen voor in het dossier, terwijl aan die aanwijzingen van meerdere kanten afbreuk wordt gedaan. Mogelijk was de “klik” waarmee de scootmobiel in beweging kwam een aanleiding om zich om te draaien. Daarvoor lijkt meer bewijs aanwezig in het dossier. Verdachte draait zich om en vuurt onmiddellijk twee keer snel achter elkaar op [slachtoffer]. Een van de schoten is een zogenaamd opzetschot geweest. De kogel van dit schot dringt door de jas in het lichaam van [slachtoffer], ten gevolge waarvan hij later op de dag overlijdt. Verdachte slaat direct na zijn daad op de vlucht en heeft zich niet vrijwillig gemeld bij de politie. Door deze doodslag heeft de verdachte het slachtoffer het meest fundamentele recht ontnomen waarover de mens beschikt, te weten het recht op leven. Bovendien heeft de dood van het slachtoffer verdriet en opschudding teweeggebracht bij nabestaanden en bij vele bezoekers en anderszins betrokkenen bij de gedoogplaats, waardoor de rechtsorde ernstig is geschokt.
De rechtbank veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van 15 (vijftien) jaren en gelast dat verdachte ter beschikking wordt gesteld.