Uit Moordzaken.com
Joline van den Brink | |
---|---|
Leeftijd | 34 jaar |
Datum | 4 juli 2005 |
Moordplaats | Capelle a/d Ijssel |
Moordwijze | Schietwapen |
Status | Opgelost |
Misdrijf | Moord |
Straf | 13 jaar & 9 maanden |
Op dinsdagavond 5 juli 2005 vinden agenten het levenloze lichaam van de 34-jarige Joline van den Brink in haar woning aan de Schermerhoek te Capelle aan den IJssel. Zij zit op de bank met een krant op schoot, en is van dichtbij door haar hoofd geschoten. Zij blijkt een dag eerder, op 4 juli, om het leven te zijn gebracht.
Verdachte
De dan 25-jarige Vyjay H. wordt aangehouden. Hij ontkent elke betrokkenheid. Wel worden er in de auto waarin hij reed kruitsporen aangetroffen. Vyjay en Joline hadden twee kleine kinderen samen, deze had Vyjay meegenomen.
Uitspraak
Gerechtshof 's-Gravenhage, 1 april 2008
De staat waarin de woning verkeerde toen het slachtoffer werd aangetroffen, gaf geen enkele aanwijzing voor een worsteling of doorzoeking en de verdachte heeft ook niets verklaard over ruzie of een gespannen sfeer. Alles duidt op een ontspannen situatie. De wijze waarop het slachtoffer is aangetroffen geeft aan dat zij op het moment waarop zij is omgebracht rustig op de bank met een tijdschrift (straatkrant) zat en zich niet bedreigd voelde. Zij is omgebracht met een van zeer dichtbij afgevuurd schot. Het hof leidt hieruit af dat de verdachte het slachtoffer behoedzaam heeft benaderd, zodanig dat zij niet in de gaten had dat hij een vuurwapen bij zich had, waarna hij het wapen zeer dichtbij of tegen het hoofd van het slachtoffer heeft gehouden en een schot heeft gelost, waardoor het slachtoffer vrijwel onmiddellijk moet zijn uitgeschakeld. Hieruit volgt dat de verdachte volledig bij zinnen was - gelet bovendien dat hij ervoor heeft gezorgd dat het lichaam van het slachtoffer aan het zicht werd onttrokken.
Het hof is op grond van deze gang van zaken van oordeel dat de verdachte niet in een ogenblikkelijke gemoedsopwelling maar op geplande wijze, al dan niet kort tevoren, heeft gehandeld, waarbij hij gelegenheid heeft gehad over de betekenis en de gevolgen van zijn voorgenomen daad na te denken en zich daarvan rekenschap te geven.
Het hof rekent het de verdachte zwaar aan dat hij het slachtoffer in haar eigen huis, waar zij zich bij uitstek veilig mocht voelen, terwijl haar kinderen thuis waren, heeft gedood.
Het hof veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 13 (dertien) jaren en 9 (negen) maanden.