Uit Moordzaken
Naam slachtoffer | Senol Basaran |
Leeftijd | 32 jaar |
Datum | 16 juni 2006 |
Moordplaats | Oldenzaal |
Status | Opgelost |
Soort misdrijf | Moord |
Straf | 13 jaar |
Senol Basaran
Op vrijdagavond 16 juni 2006 komt de 32-jarige Senol Basaran aan de deur van de woning van de 48-jarige V. aan de Leliestraat te Oldenzaal. De twee krijgen een woordenwisseling, en V. vraagt Senol om weg te gaan. Senol zet de woordenwisseling echter voort. V. voelt zich bedreigd, en pakt uit zijn jas die aan de kapstok pakt een pistool. Hij schiet twee keer op Senol. Deze wordt geraakt in zijn hoofd en buik en overlijdt direct.
Verdachte
V. schreeuwt naar zijn partner: "Zeg maar dat je gezien hebt, dat hij mij met dit mes wilde doodsteken", waarna hij een mes uit zijn eigen keuken pakt en dit bij Senol's lichaam legt. Daarna belt hij zelf de politie.
Uitspraak
Gerechtshof Arnhem, 1 oktober 2008
Het hof laat ten aanzien van de beantwoording van de vraag of sprake is van voorbedachten rade in het midden welk van de twee scenario’s zich in werkelijkheid heeft afgespeeld voordat verdachte het slachtoffer aan de deur neerschoot: , verdachte is naar boven gerend en heeft het pistool van zijn slaapkamer gehaald of hij heeft het pistool uit zijn jas aan de kapstok gepakt.. Het hof komt namelijk in beide gevallen tot de conclusie dat er voor verdachte gelegenheid is geweest om zich te beraden over de betekenis en de gevolgen van zijn besluit en acht aldus voorbedachten rade bewezen. Voorts wordt het beroep op putatief noodweer(exces) verworpen, reeds op grond van hetgeen het hof onder voorbedachten rade heeft overwogen.
Verdachte heeft onder invloed van alcohol en drugs het slachtoffer koelbloedig en zonder concreet aanwijsbare reden van dichtbij tweemaal in het lichaam geschoten. Het slachtoffer is als gevolg van de daardoor opgelopen verwondingen overleden. Door aldus te handelen heeft verdachte blijk gegeven van ernstig gebrek aan respect voor het meest fundamentele recht van een mens, namelijk het recht op leven. De familie en kennissen van het nog maar 32-jarige slachtoffer, dat nog een heel leven voor zich had, is door deze gewelddadige dood onpeilbaar leed toegebracht. Aan te nemen valt dat zij dat leed en de mede als gevolg daarvan ontstane schade nog lang, zo niet de rest van hun leven, zullen ervaren. Door bovendien niet direct en niet volledig opening van zaken te geven over het motief, de precieze toedracht van zijn daad en de voorafgaande omstandigheden, heeft verdachte het verwerkingsproces bij met name de nabestaanden bemoeilijkt. Door feiten als het onderhavige worden niet alleen de nabestaanden maar wordt ook de rechtsorde op ernstige wijze geschokt en worden gevoelens van onveiligheid in de samenleving veroorzaakt.
Het hof veroordeelt verdachte tot gevangenisstraf voor de duur van 13 jaren.